Onze eerste week koers van onze zomerkalender zit erop. Uitschieter daarvan: de vijfde plek van Eli Iserbyt in de wedstrijd voor de UCI Gravel World Series in het Duitse Aken. Eli kijkt uit naar de Luxemburgse Flèche du Sud van deze week, maar zit met zijn gedachten ook al bij het volgende crossseizoen.
Eli maakte daar in Aken deel uit van een kopgroep van zes renners die streed voor de overwinning. “Misschien had de uitslag nog iets beter gekund, ik voelde ook dat ik nog wat wedstrijdritme miste, maar ik heb me geamuseerd”, blikt hij tevreden terug op zijn graveldebuut. “Dit is voor herhaling vatbaar. Een toffe afwisseling op de wegwedstrijden, zonder veel stress, en ondertussen ook goed voor de techniek en de explosiviteit. Het leek eerder een lange veldrit dan een wegwedstrijd.”
Next up: de vijfdaagse Flèche du Sud van deze week, een Luxemburgse rittenwedstrijd van het UCI-niveau 2.2 in de opbouw naar de grotere wegwedstrijden later deze zomer. “De Flèche du Sud is een mooi rondje om een goeie basis te leggen, maar hopelijk ook om een prijs te rijden. Het begint met een korte proloog waarin ik al eens ‘dicht’ ben geweest: drie kilometer, met een klimmetje. Ik ga er ook nu weer proberen voorin te eindigen en daarna kijken wat ik de volgende dagen nog kan doen. In de eerste rittenwedstrijd is het altijd afwachten hoe de benen na een paar dagen koers aanvoelen.”
Tot dusver heeft Eli er een zorgeloze voorbereiding opzitten. Belangrijk, leerden we vorig jaar nog eens opnieuw. “Ik rij rond met een goed gevoel. De blessure van het laatste jaar is goed hersteld. Daar heb ik geen last meer van. Niet ziek worden, niet geblesseerd geraken, en terug een constante opbouwen richting volgende winter: dat is voor mij het belangrijkste, deze zomer. Twee seizoenen terug had ik een hele goeie zomer, die zich toen weerspiegeld heeft in een constante winter. Maar na de blessure van afgelopen zomer heb ik afgelopen winter gevoeld dat ik basis miste.”
Eli maakte daar in Aken deel uit van een kopgroep van zes renners die streed voor de overwinning. “Misschien had de uitslag nog iets beter gekund, ik voelde ook dat ik nog wat wedstrijdritme miste, maar ik heb me geamuseerd”, blikt hij tevreden terug op zijn graveldebuut. “Dit is voor herhaling vatbaar. Een toffe afwisseling op de wegwedstrijden, zonder veel stress, en ondertussen ook goed voor de techniek en de explosiviteit. Het leek eerder een lange veldrit dan een wegwedstrijd.”
Next up: de vijfdaagse Flèche du Sud van deze week, een Luxemburgse rittenwedstrijd van het UCI-niveau 2.2 in de opbouw naar de grotere wegwedstrijden later deze zomer. “De Flèche du Sud is een mooi rondje om een goeie basis te leggen, maar hopelijk ook om een prijs te rijden. Het begint met een korte proloog waarin ik al eens ‘dicht’ ben geweest: drie kilometer, met een klimmetje. Ik ga er ook nu weer proberen voorin te eindigen en daarna kijken wat ik de volgende dagen nog kan doen. In de eerste rittenwedstrijd is het altijd afwachten hoe de benen na een paar dagen koers aanvoelen.”
Tot dusver heeft Eli er een zorgeloze voorbereiding opzitten. Belangrijk, leerden we vorig jaar nog eens opnieuw. “Ik rij rond met een goed gevoel. De blessure van het laatste jaar is goed hersteld. Daar heb ik geen last meer van. Niet ziek worden, niet geblesseerd geraken, en terug een constante opbouwen richting volgende winter: dat is voor mij het belangrijkste, deze zomer. Twee seizoenen terug had ik een hele goeie zomer, die zich toen weerspiegeld heeft in een constante winter. Maar na de blessure van afgelopen zomer heb ik afgelopen winter gevoeld dat ik basis miste.”